In de vorige aflevering werkten we onze nutsvoorzieningen met betrekking tot het water af.

We plaatsten de aanvoerbuizen voor de centrale verwarming, en ook de sanitaire leidingen werden voorzien.

In deze aflevering leggen we eerst de gasleiding voor we daarna onze condensatieketel kunnen laten aansluiten.

De installatie van het gas doen we opnieuw met een zelfbouwpakket.

Dit hoort bij de verwarming en het sanitair, dus is de besparing al daarbij gerekend.

We hebben hier enkel gas nodig voor de ketel, omdat we voor ons fornuis in de keuken met elektriciteit zullen werken.

Man 1
Bij de installatie van je technieken heb je heel wat buizen en leidingen die je door je huis moet trekken.

Let vooral op de juiste volgorde.

Begin met de installatie van je afvoer, dat die het juiste afschot kan hebben…

Daarna leg je je verwarmingsbuizen…

Zorg ervoor dat je niet omhoog en omlaag gaat en dat er geen luchtopstapeling is in de leidingen.

Ga verder met de installatie van je sanitair toévoer…

Daarna kun je de ventilatie inwerken…

En als laatste komen elektriciteitskabels… alarmkabels… domotica... noem maar op.
De leidingen voor sanitair en centrale verwarming liggen al ter plaatse. Daarop moeten we nu nog een ketel aansluiten, zodat we ons water kunnen verwarmen.

Maar voor we dit kunnen laten doen, hebben we nog gas nodig om de ketel te kunnen verhitten.

Ook hier is er een aangepast zelfbouwpakket voorhanden.

Door vooraf eerst al onze stukken uit te stallen, weten we perfect welk materiaal we moeten gebruiken en gaat de installatie ook een stuk vlotter.

We werken hier met een flexibele stalen buis. Die is in principe relatief eenvoudig te installeren, zeker in vergelijking met vaste gasleidingen.

We beginnen boven, waar de gasleiding op de condensatieketel zal aangesloten worden.

Aan de hand van het gekregen plan bekijken waar we de ketel gaan plaatsen.

Want we moeten eerst afmeten waar onze stijlwand zal komen, om later niet in de problemen te geraken.

Ligt dit vast, dan kunnen we de gasleiding leggen.

Via de voorziene openingen kunnen we de buis naar beneden doorsteken tot aan het gelijkvloers.

Het uiteinde plakken we meteen af, zodat er geen vuil in de leiding terecht kan komen in afwachting van de installatie van de ketel.

Waar nodig werken we de buis in in de muur.

De uitsparingen voorzagen we al tijdens onze slijpwerken.

Langs de muur gaan we nu tot aan het paneel dat we voorzien hebben bij de energiebocht.

De gasteller moet voor de veiligheid bovenaan komen, dus moeten we genoeg marge voorzien om alles achteraf gemakkelijk te kunnen aansluiten.

Met ons voorbeeld bij de hand, weten we hoe we het gas nu op het paneel moeten positioneren.

Daarna gaan we de leiding meteen al op het paneel bevestigen. Zo kan die niet meer verschuiven.

We hangen hem loodrecht met behulp van de waterpas, zo oogt alles achteraf ook proper.

En met de bijhorende beugels en montagebouten maken we hem vast.

Doordat we een multiplexpaneel voorzagen, gaat de montage snel.

Op hout kun je immers veel preciezer boren, waardoor het bevestigen vlot gaat.

Hangt het uiteinde – met voldoende overschot – vast, dan kunnen we de rest van de leiding aan de grond fixeren.

We beginnen met de vloer waar de leiding zal komen schoon te vegen. Want eens die er ligt, zal je er nog moeilijk bijkunnen.

Met de klopboor maken we dan de gaten in onze betonnen vloer.

Daarna knippen we een stuk geperforeerd bandijzer op maat.

Dit is een uitstekend middel om de leiding goed vast te leggen.

Met schroeven en pluggen kunnen we dan het bandijzer over de buis klemmen.

Ter hoogte van de voordeur maken we een grote bocht, want hier komt later een verzonken deurmat.

We zorgen dus dat de gasleiding zeker niet in de weg ligt, zodat we hem ook niet zouden kunnen beschadigen.

Op een regelmatige afstand fixeer je de buis aan de grond.

Hoeveel plaats je tussen de bevestigingspunten laat, kies je zelf.

Zorg gewoon dat hij goed strak vastzit en niet zal kunnen bewegen in de chape.

De rest van de gasleiding leggen we zo dicht mogelijk tegen de muur.

Op die manier reduceren we de kans dat er later in zal geboord worden.

Je moet in principe met je gasleiding een zo voorspelbaar mogelijk traject volgen om latere stommiteiten te vermijden!

We houden dus een zo simpel mogelijke route aan om te voorkomen dat de stalen buis later geschonden wordt.

Maar als extra beveiliging moet de leiding ook steeds met ijzer bedekt worden.

Boor je dan later per ongeluk ter hoogte van de gasleiding, dan is de kans kleiner dat die ook effectief zal beschadigd worden.

Waar de buis in de muur zit, bedekken we die meteen met het volle bandijzer voor we hem fixeren.

Zo heb je achteraf geen problemen om die aan te brengen, of vergeet je het niet!

Ook hier gebruiken we geperforeerd bandijzer voor de bevestiging. Zo zit alles snel en goed vast.

Op het uiteinde kunnen we dit nu afkorten met een slijpschijf met metaalblad.

Vergeet niet een veiligheidsbril te dragen om je ogen te beschermen!

En ook de leiding op de vloer moeten we nu nog afdekken met een ijzeren band.

Daar kunnen we dit simpelweg doen door met kabelbinders de plaat op de buis te klemmen.

Aan de hoeken fixeren we met een extra kabelbinder, zodat die zeker blijven zitten.

Op het gelijkvloers zit alles goed, dus rest ons nog de gasleiding te fixeren richting de tweede verdieping waar onze ketel zal komen.

Dit doen we opnieuw met schroeven, pluggen en bandijzer.

Het gas naar de condensatieketel is voorzien, dus kunnen we die laten aansluiten.

Man 1
Vergeet na de installatie van je gasleiding niet om ook een isometrisch schema te maken.

Dat is een 3D-weergave van hoe de leidingen verlopen in je huis, waarop ook alle aftakpunten, knooppunten… worden aangeduid.

Dat heb je nodig voor de keuring.

De keuring moet gebeuren terwijl alle leidingen nog zichtbaar zijn.
Voor de aansluiting van de ketel is er nog wat extra materiaal nodig. Dat willen we aanbrengen op de werf met een bestelwagen. Die is vrij zwaar, dus moeten we voor een voldoende stevige ondergrond zorgen.

We voorzien daarom in de tuin een aantal kunststoffen oprijplaten.

Die zijn altijd handig, want regen kan ervoor zorgen dat de grond anders moeilijk berijdbaar wordt.

Zo’n oprijplaten kun je zelf plaatsen, want ze zijn gemakkelijk op te heffen doordat ze niet zo zwaar zijn.

We halen een paar reststukken gipskarton naar de werf, omdat we dit nodig hebben om de ketel op te hangen.

Die kan namelijk warm worden en moet op een brandvertragend materiaal bevestigd worden.

Gipskarton is daar perfect voor!

We moeten dit gewoon op onze multiplexplaat bevestigen en dan is alles klaar voor de installatie.

Bij de ketel zit een ophangplan geleverd. Dit maakt het gemakkelijk om de ketel correct aan de wand te hangen.

Je hangt het blad op de juiste positie…

En via de getekende punten, weet je nu perfect waar je moet boren, zonder dat je tijd verliest met alles af te meten.

Op het plan staat ook aangegeven welke boordiameter je moet gebruiken, super praktisch dus!

Is alles voorgeboord, dan kunnen je de bevestigingsstukken ophangen en de papieren mal verwijderen.

Dan hoef je enkel nog alles aan te draaien.

We laten ons bij het plaatsen van de ketel bijstaan door een montageassistent van onze leverancier.

Zelf staan we paraat om hem bij te staan, want alleen lukt het niet om de ketel ter plaatse te hangen.

Die is zwaar en moet ook voorzichtig geplaatst worden, om schade te vermijden.

Je moet hem in principe enkel over de ophangbeugel haken en klaar is kees!

Daarna kan de ketel aangesloten worden.

Dit is moeilijker en laten we dus over aan de montageassistent.

Eerst moet de gasleiding aangekoppeld worden. We maakten die iets te lang, dus beginnen we met die op maat af te korten.

Met een buizensnijder maken we een inkeping in onze gas-PE-staalbuis met schroefdraad.

Door die nu verschillende malen rond de buis te draaien, gaat het mesje telkens een beetje dieper in de leiding, waardoor we die uiteindelijk doorsnijden.

Is die afgekort, dan ontmantel je het bovenste gedeelte van de staalbuis. Dit doe je met een mes.

Daarna moet je het uiteinde nog ontbramen, zodat die mooi glad is.

Dit gaat vlot met een slijpschijf.

Voor je de leiding nu kan aansluiten, moet er nog een plat randje aan het uiteinde gemaakt worden.

Met een speciaal hulpmiddel, waarvan we het eerste deel op de eerste ring steken, en het tweede deel erover passen, kunnen we een overslag aan de buis kloppen.

Met de juiste klemkoppelingen kan dit nu verbonden worden met de ketel.

Daarna moeten het toebehoren en de leidingen nog gekoppeld worden tussen de ketel en de collectoren.

Is er enkel schroefdraad op het einde van een fitting, dan is het nodig om extra afdichtingsvezel aan te brengen, zodat de verbinding zeker waterdicht is.

Er wordt ook een drukverdeler en temperatuurregelaar tussen de collector van de verwarming en de ketel geplaatst.

Dit is nodig omdat we hier zowel met centrale verwarming als vloerverwarming werken, en die moeten elk een andere temperatuur hebben.

Er is nog plaats om die schuin onder de ketel te hangen.

Gipskarton is daarbij niet nodig, want dit apparaat zal niet warm worden.

Eens hij ter plaatse hangt, kunnen we de regelaar verbinden met de ketel.

Doordat hij lager hangt dan de ketel zelf, is een extra ontluchter hier niet nodig. Want de overtollige lucht kan weg via de ketel zelf.

De hoofdleidingen van de verwarming moeten nu aangekoppeld worden.

Je herkent die aan hun diameter van 26 mm. Die zijn iets dikker dan de sanitaire aanvoerleidingen van 20.

Nadat ze zijn ontmanteld, kunnen we ze op maat maken.

Zo’n alupex-leidingen zijn stug en kunnen het best geplooid worden met een hulpmiddel. Daarmee kun je ze ombuigen volgens de gewenste hoek, zonder de leidingen te beschadigen.

Een plooiveer is hiervoor niet zo handig, want die is minder precies en werkt beter bij uiteindes.

Eerst worden de hoofdaanvoerleidingen aangesloten.

Dit zijn geen buizen met schroefdraad, dus extra vezeldichting is niet nodig.

Nadat het aangevoerde water dan door de drukverdeler en temperatuurregelaar gepasseerd is, kan die naar de collector geleid worden.

Die verbinding maken we met 2 reststukken alupex-leiding.

Aan de ketel voorzien we op aanraden van onze leverancier een extra expansievat. Die is nodig, omdat we in onze woning heel wat radiatoren zullen hebben.

Ook onze sanitaire collectoren kunnen nu op dezelfde manier aangesloten worden.

Die verbinden we rechtstreeks met de ketel omdat we hier geen verschillende temperaturen moeten kunnen hebben.

Is alles aangesloten, dan plaatsen we de beschermingskap over ons apparaat en voorzien we de ketel nog van een sticker.

Hierop staat het energielabel van de geplaatste ketel.

Dit moet verplicht aangegeven worden, zodat het voor een eventuele volgende eigenaar van het huis duidelijk is welke ketel gebruikt werd.

Met ook nog de nodige afvoeren geplaatst, is de ketel nu volledig aangesloten.

Zo zijn alle voorbereidingen getroffen voor de latere opstart van de installatie.

We wachten nog om de totale besparing van de installatie van de verwarming en het sanitair erbij te rekenen, tot die volledig af is.

Ons totaal bespaarde bedrag blijft dus voorlopig staan op 45.470 euro.

In de volgende aflevering gaan we ons dak langs binnen isoleren.

We kozen voor deze koud-dakconstructie omdat we zo het dampscherm tussen het hellende en het platte dak in één schil kunnen plaatsen.